Broeders en zusters,
Op 17 november 1934 ben ik geboren, dat is vandaag precies 85 jaar geleden. ‘s Morgens vroeg kwam ik ter wereld en in de namiddag van diezelfde herfstdag ben ik gedoopt in de kerk van de heilige Johannes de Doper in Wateringen. Ik behoor dus al enige tijd tot de senioren. Velen van u behoren daar trouwens ook toe.

Brs. & Zrs., naarmate je ouder wordt en bij de senioren gaat horen, ga je steeds meer denken aan het einde van je leven, dat is begrijpelijk. Maar voor jongeren ligt dat einde nog ver weg in de toekomst. Nog verder weg ligt voor ons allemaal het einde van de wereld, waaraan we maar zelden denken. Toch, aan het einde van het kerkelijk jaar, vraagt onze moeder de heilige kerk ons met de teksten van deze zondag onze aandacht voor dat einde en de wederkomst van de Heer.

Maar over dat einde weet ik niet veel, niet wanneer het zal plaatsvinden en ook niet hoe. Ik weet namelijk veel van weinig en weinig van veel. En bij het vele waar ik weinig van weet hoort het einde der tijden. Wel kan ik zeggen dat er veel aan voorafgaat, zoals Jezus in het evangelie al aangeeft….. En dat we moeten volharden en de moed niet opgeven, ook al blijft dat “eind goed, al goed” maar uit.

Ons eigen einde komt als een dief in de nacht. We kunnen ons daar wel enigszins op voorbereiden. In de tijd tussen ons pensioen en het einde kan er veel gebeuren. Want de ouderdom komt met gebreken, bij de een met veel gebreken, bij de ander met weinig of geen. Sommigen, gezond van lichaam en geest, kunnen nog veel betekenen voor anderen door vrijwilligerswerk. Hun allen wordt aangeraden om iets te ondernemen, met het motto: “Probeer ertoe te doen, ook al ben je met pensioen.”
Er zijn er die na hun pensioen in een zwart gat vallen. Zij missen de waardering voor hun werk, zij missen de bevestiging dat ze van waarde zijn, zij missen de erkenning, die zij ondervonden toen ze nog een baan hadden. En zo missen zij de kans om succesvol ouder te worden. Zij vragen zich af wat de zin nog is van hun leven. Welnu, “de zin van het leven is dat je er zin in hebt.” Zulke mensen, zij zijn de vitale ouderen, wordt aangeraden om iets voor anderen te doen, want dan word je vanzelf gelukkig. Men denkt weleens: “Ik ben uitgewerkt. Ik kan wereldreizen maken. Nu kan ik genieten.” Maar dat hou je niet lang vol. Want waar is de bevestiging, de waardering, de erkenning waar je naar hunkert? Of je nu jong of oud bent, een mens leeft op van complimenten.

Ook voor de ouderen, die lichamelijk of geestelijk niet meer in orde zijn, die afhankelijk zijn van helpende handen, van mantelzorgers of in een verpleeghuis beland zijn, kunnen nog veel voor anderen betekenen, niet door veel te doen, maar door hun humeur, door dankbaar te zijn voor de hulp, door niet te mopperen of veeleisend te zijn. Zij kunnen goedheid uitstralen naar hun kinderen en kleinkinderen en  heel hun omgeving.
Tegen alle ouderen zeg ik: Let niet op wat je niet meer kunt, maar op wat je nog wel kunt. Anders gezegd: Tel uw zegeningen, tel ze een voor een, tel ze alle en vergeet er geen. Ben je goed op de computer, help hen die dat niet zijn. Ben je een huishoudelijk type, je hoeft echt het werk niet te zoeken. En mantelzorgers zijn er nooit genoeg. Dus bied je aan, stel je beschikbaar, kom erbij. Maar ben je hulpbehoevend en afhankelijk in bijna alles van anderen, wees dankbaar, geduldig en vriendelijk. Wees royaal en niet krenterig, wees meelevend en niet venijnig, niet veeleisend, nors of bits. “Probeer er toe te doen, ook al ben je met pensioen.”

Intussen leven wij ons kleine en beperkte leven tussen de Hemelvaart van Jezus en zijn wederkomst aan het einde der tijden. Dat is onze tijd. Welnu, onze tijd van leven valt te verdelen in verleden, heden en toekomst. Het verleden ligt achter ons, maar dat dragen we wel altijd met ons mee. We leven in het heden en vanuit het heden kijken we naar de toekomst en maken we plannen. Maar we leven in het nu, we leven niet gisteren en ook niet morgen. Daarom zei de oude dichter: Pluk de dag of carpe diem. Hij bedoelde: geniet van het nu. Gisteren is voorbij en morgen is er nog niet. Dus pluk de dag, voordat ie voorbij is, maar denk bij genieten niet alleen aan jezelf, maar ook aan de ander. Dus pluk de dag, geniet van het nu in de geest van het evangelie, in het voetspoor van Jezus, als dankbare christen. AMEN.

Leo Wenneker

Het lied van vertrouwen

Laten wij blijven geloven en hopen
op het ons eenmaal verlossende licht,
met onze oren en ogen wijd open
en op het leven van Jezus gericht.

Laten wij rechtstaan in rampen en rouwen,
in de verdrukking, de haat en de hoon.
Laten wij kalm en standvastig vertrouwen
op de bevrijdende macht van Gods zoon.

Laten wij dit met elkaar blijven zingen,
als we straks ronddolen in een woestijn,
waar ons geen kerken meer zullen omringen
en waar we eenzaam en zonderling zijn.

Laten wij wachten op zijn taal en teken
dat ons naar hem en zijn vader geleidt;
hij zal ons woord zijn, en als we dat spreken
zullen wij leven in eeuwigheid.

Michel van der Plas