Bij uitvaarten wordt vaak een stuk uit het boek Prediker gelezen. Dit o.a.: “Er is een tijd om te baren en een tijd om te sterven. Er is een tijd om te huilen en een tijd om te lachen. Er is een tijd om te rouwen en een tijd om te dansen.” Prediker is een wijs man die de geschiedenis kent, de grote geschiedenis en de kleine geschiedenis. Hij weet dat de geschiedenis zich herhaalt. Die gaat met golfbewegingen, met om beurten eb en vloed. Heen en weer, op en neer. In plaats en in tijd. Oorlog en vrede wisselen elkaar af, een wieg met een pasgeborene en een doodkist met een overledene staan vlak bij elkaar. “Na regen komt zonneschijn en na zonneschijn weer regen.” Na vette jaren komen er magere jaren en na de magere weer vette. “Jantje lacht, Jantje huilt.” Dat gaat zo in ieders persoonlijk leven en in de grote wereld. Wie de geschiedenis kent laat zich niet verrassen.

Ook in het leven van Jezus ging het zo. Hij was een mens als wij. Vandaag de verheerlijking op de berg is een hoogtepunt, het kruis op de Calvarieberg een dieptepunt.
Verleden week was hij in de woestijn, een troosteloos gebied, waar hij eenzaam was. De duivel benaderde hem daar met een poging hem van zijn roeping, zijn zending af te brengen. Listig wilde hij hem daar ertoe verleiden zijn gaven voor eigen voordeel te gebruiken en persoonlijke winst te slaan uit zijn bevoorrechte positie als zoon van God. Hij ging er niet op in, hij viel niet voor de verleiding, hij bleef zijn roeping trouw.
Vandaag het tegenovergestelde. Hij bevindt zich op een hoge berg, in het gezelschap van Mozes en Elia, de wetgever en de profeet, en in het gezelschap van Petrus, Johannes en Jakobus, dus niet alleen als in de woestijn. Hij verandert van gedaante, straalt en staat in het volle licht. En er klinkt een stem uit de hemel. God zelf zegt over hem: “Dit is mijn Zoon, de Welbeminde, de man naar mijn hart.” De stem uit de hemel geeft geen bevelen, zegt niet: “Jij moet dit, jij moet dat”, maar zegt duidelijk wie hij is, legt een positief getuigenis over hem af, bevestigt hem in zijn roeping en verklaart zo dat deze mens zal doen  wat God wil en zal willen wat God doet.

Wat een verschil tussen de eenzame woestijn en de hoge berg.

Ook wij bevinden ons soms in de woestijn, waar de duivel ons niet met rust laat. Dan weer staan we op een hoge berg en wanen we ons in de zevende hemel. Woestijnen en bergen wisselen elkaar af in ons leven. Het is niet óf-óf, het is én-én. Dat is altijd zo geweest en zal altijd zo blijven. Ook Jezus heeft dat ervaren. Nu eens werd hij voor gek verklaard en voor door de duivel bezeten, dan weer de hemel in geprezen. Toen hij op een ezel Jeruzalem binnenging, juichte het volk hem toe: “Hosanna, hosanna, de zoon van David.” Enige dagen later schreeuwden ze: “Aan het kruis met hem, aan het kruis met hem.”

Ons leven speelt zich nu eens op een berg af, dan weer in het dal, om en om. En dat dal is veelal een dal van tranen. Ik denk aan de christenen in Pakistan, een moslimland, waar zij niet veilig zijn en elke dag gevaar lopen. Ik denk aan de slachtoffers van de bombardementen in Syrië, aan de kinderen vooral. Ik denk aan hen die zich zorgen maken over de toekomst van de kerk in ons land.
De gedaanteverandering van Jezus op de berg, de transfiguratie of de metamorfose wijst vooruit naar zijn verrijzenis. Zo ver is het nog niet. Hij moet eerst nog door het dieptepunt van de dood aan het kruis. Maar daarna staat hij op uit het graf en leeft, voorgoed. Want God heeft het beste met hem voor.
Ook met ons heeft God het beste voor en dat beste bewaart hij voor het laatst. Af en toe geeft hij er hier al een voorproefje van. Maar dat is voorlopig; wat hij voor het laatst bewaart is definitief. Nu geeft hij zo nu en dan een deeltje, maar dan het geheel, zoals bij Jezus.

God heeft het beste met ons voor, met onze mankementen en ongemakken, met onze kwaliteiten en hebbelijkheden. Hij leidt ons door dit leven van ups en downs naar de eindvoltooiing. Dat kunnen we zien aan Jezus vandaag op de berg en over enige weken op de dag van de verrijzenis. AMEN.

Leo Wenneker